TheorieNotes

• Stilstaan, parkeren, file rijden, pech, slepen, gedrag bij ongevallen
  • Wat is
    • Stilstaan?
    • Parkeren?
  • Waar?
  • Stilstaandverboden
    • Geen gevaar of hinder veroorzaken
    • Niet op weggedeelten voor andere weggebruikers
  • Parkeerverboden
    • Erven
    • Niet dubbel parkeren
    • Parkeerschijf-zone
    • Parkeermeter
  • File rijden
  • Pech
    • Gevaren driehoek
    • Praatpaal
  • Slepen
  • Gedrag bij ongevallen
    • 112
    • Doorrijden verboden
    • Parkeerschade
    • Hulpverlening
      • Stabiele zijligging
      • Mond-op-mondbeademing
      • Reanimatie
      • Ernstige bloeding
      • Brandwonden
        • 1e graads
        • 2e graads
        • 3e graads
        • Eerste hulp
      • Botbreuken
      • Schadeafhandeling
    • Auto te water
    • Auto op z’n kop
    • Anderen helpen

Stilstaan, parkeren, file rijden, pech, slepen, gedrag bij ongevallen

Wat is

Stilstaan?

• Stilstaan voor uitstappen
• Stilstaan voor laden of lossen

Parkeren?

Alle andere vormen van vrijwillig stilstaan

Waar?

• Overal, tenzij het nadrukkelijk verboden is
  • Zowel links als rechts
• Niet bij een stilstaanverbod
  • Ook niet uit laten stappen
  • E1
• Niet bij een parkeerverbod
  • Wel uit laten stappen
  • E2
• Verbodsborden kunnen een onderbord hebben die de regel verder specificeert
• Verbodsborden gelden niet voor parkeerhavens

Stilstaandverboden

Geen gevaar of hinder veroorzaken

Niet voor een bocht e.d.

Niet op weggedeelten voor andere weggebruikers

Niet stilstaan op/in:

• Trottoir
• Voetpad
• Fietspad
• Ruiterpad
• Kruispunt
• Overweg
• Fietsstrook
• Rijbaan naast een fietsstrook
• Oversteekplaats voor voetgangers of (brom)fietsers of binnen 5 meter ervoor of erna
• Tunnel
• Busstrook
• Rijbaan naast busstrook
• Langs doorgetrokken streep
• Bushalte

Parkeerverboden

Verboden op plaatsen waar je niet mag stilstaan. Niet parkeren op andermands parkeerplaats. Mag wel stilstaan:

• Taxi
• Vrachtauto
• Laad/los punt
• Oplaadpunt elektrische auto
• Gehandicapten parkeerplaats
• Vergunninghouders
• Bij een kruispunt of op een afstand van minder dan vijf meter daarvan
• Voor een inrit of een uitrit
• Buiten de bebouwde kom op de rijbaan van een voorrangsweg
• Langs een gele onderbroken streep
• Op een andere dan voorgeschreven wijze, bijvoorbeeld dwars op een aantal parkeervakken

Erven

Alleen op eigen terrein of plekken met een P

Niet dubbel parkeren

Ook niet naast een auto die verlebt geparkeerd heeft

Parkeerschijf-zone

• Bord met P en parkeerschijf icoontje
• Blauwe strepen op de trottoirband
• Tijd op schijf afronden naar het eerstvolgende hele of halve uur
• Schijf resetten tussendoor mag niet

Parkeermeter

• Digitaal parkeerschijf achtig ding
• Resetten mag niet

File rijden

• Alarmlichten aan bij naderen van file
• Motor uit bij langdurig stilstaan
• Niet uit auto

Pech

• Vluchthaven alleen bij noodsituaties
• Zoveel mogelijk naar rechts
• Achter vangrail wachten

Gevaren driehoek

• Hoeft niet perse geplaatst te worden als de alarmlichten aan staan en de auto goed zichtbaar is
• 30 meter van de auto

Praatpaal

Hectometerbordjes hebben pijl naar eerstvolgende praatpaal

Slepen

• Afstand tussen auto’s moet kleiner dan 5 meter zijn
• Beide bestuurders moeten geldig rijbewijs hebben
• Geen alarmlichten aan
• Autoweg mag wel, is niet aan te raden
• Meest ervaren bestuurder achter
• Kabel gespannen houden
• Regels van auto met aanhangwagen volgen

Gedrag bij ongevallen

PAMAN

• Persoonlijke veiligheid
• Andermans veligheid
• Markeren van ongeval plek
• Alarmdienst bellen
• Noodzakelijke eerste hulp

112

Beschrijf:

• Plaats van ongeval
• Wat er gebeurd is
• Hoeveel voertuigen er betrokken zijn
• Aantal (ernstige) gewonden

Doorrijden verboden

• Verboden te verlaten
• Minimaal persoonlijke gegevens en voertuiggegevens bekend maken
• Verboden slachtoffer in hulpeloze toestand achter te laten

Parkeerschade

• Wettelijk verplicht te melden bij de politie
• Gegevens achterlaten als de persoon na lange tijd niet terug is

Hulpverlening

• Slachtoffer niet verplaatsen
  • Behalve bij levensgevaarlijke situaties zoals verdrinking of verbranding
• Slachtoffer bij bewustzijn?
  • Zachtjes praten, op schouder tikken
• Bij bewusteloosheid adem op gang houden
  • Kan belemmerd worden door:
    • Tong
    • Bloed
    • Braaksel 1. Luchtweg vrijmaken 2. Controleren of ademhaling op gang is 3. Stabiele zijligging

Stabiele zijligging

1. Knellende kledingstukken losmaken
2. Slachtoffer op zij leggen
   • Houdt rekening met gebroken lichaamsdelen
3. Check mond op adem-belemmerende dingen
   • Verwijderen door lepelende beweging in mond te maken
     • Indien mogelijk vingers omwikkelen met zakdoek of verbandgaas
4. Op zij leggen

Mond-op-mondbeademing

1. Slachtoffer op rug leggen
2. Hand op voorhoofd slachtoffer leggen
   • Duim en wijsvinger vrijhouden
3. Vingertoppen wijs- en middelvinger onder kin van slachtoffer
4. Hoofd naar achter kantelen en kin optillen
   • Maakt luchtweg vrij
5. Neus dichtknijpen met overige vingers van hand op voorhoofd
6. Mond openen van slachtoffer
   • Kin omhoog blijven duwen
7. Rustig inademen en mond op slachtoffers mond plaatsen
8. 1 seconde uitademen
   • Borstkas komt omhoog
9. Mond eraf en kijken of borstkas omlaag gaat

Reanimatie

Niet doen tenzij je weet wat je doet

Ernstige bloeding

• Veel bloedverlies kan leiden tot shock en dood
• Slachtaderlijke bloeding het gevaarlijkst
  • Bloed komt stootgewijs vrij in het ritme van het hart

Eerste hulp bij bloedingen:

1. Slachtoffer bij voorkeur liggen
2. Gewonde lichaamsdeel omhoog tillen
3. Wond 10 minuten dicht drukken met:
   • Steriel snelverband
   • Handdoek
   • Kledingstuk
   • Blote hand
4. Slagaderlijke bloeding dicht drukken op een plaats tussen het hart en de wond
   • Moet gebeuren op en harde ondergrond zoals een bot
   • Drukpunten zijn bijvoorbeeld:
     • De lies
     • Het sleutelbeen
     • De bovenarmen
5. Wond afdekken met snelverband of, als de bleoding nog niet is gestopt, een slenverband met daarover een drukverband

Brandwonden

Afdekken zodat er geen zuurstof bij het vuur komt

• Persoon in deken wikkelen
• Persoon in jas wikkelen
• Persoon over de grond rollen

1e graads

• Huid is rood
• Huid is licht gezwollen
• Huid is pijnlijk

2e graads

• Huid is rood
• Huid is licht gezwollen
• Huid is pijnlijk
• Huid vertoont blaren

3e graads

• Huid is grauwwit of zwart
• Brandplek doet geen pijn
• Omgeving van de plek wel

Eerste hulp

• Wond +- 10 minuten koelen
  • Met lauw, zachtstromend leidingwater
  • Onderkoeling voorkomen. Alleen wond koelen
• Alleen kleding die niet aan de wond kleeft verwijderen
• Waarschuw altijd een arts bij:
  • Blaren
  • Een aangetaste huid
  • Elektrische verbranding
  • Chemische verbranding
• Blaren intact laten
  • Niet doorprikken
  • Niets smeren
    • Ook geen brandzalf op de wond
• Wond bedekken met:
  • Steriel verband
  • Schone doek
• Slachtoffer geen eten of drinken geven
• Slachtoffer bij voorkeur zittend vervoeren

Botbreuken

• Geen noodhulp want is niet levensbedreigend
• Beter afdekken dan verbinden

Schadeafhandeling

• Kenteken tegenpartij noteren
• Getuigen raadplegen
• Europees schadeformulier invullen
  • Op papier of via app
• Je bent niet verplicht het papieren formulier te onderteken
  • Wel verplicht om gegevens achter te laten over jezelf en voertuig

Auto te water

1. Verlichting aan
   • Ook binnenverlichting
   • Auto is goed zichtbaar
2. Gordel los
   • Als dat niet lukt, doorsnijden
   • Passagiers helpen indien nodig
3. Open zijraam
   • Via raambediening
   • Als het niet lukt verbrijzelen met veiligheidshamer of zwaar object
   • Niet voorruit inslaan
     • Dit is extra stevig glas
   • Aan zijkant van ruit slaan
     • Daar veert de ruit en breekt die dus sneller
4. Auto verlaten
   • Ruggelings met gezicht naar dak van de auto

Auto op z’n kop

Eigen gewicht blokkeert mechanisme van de gordel

1. Voeten tegen het dashboard
2. Jezelf tegen de stoel aan duwen
3. Gordel losmaken

Anderen helpen

Als je zelf het water in gaat is het goed om dit aangelijnd aan een touw te doen