TheorieNotes

Communicatie, rijden met licht en in moeilijke weersomstandigheden

Signalen

Richtingaanwijzer

Remlichten

Rempedaal licht aanraken vorodat je daadwerkelijk remt

Geluds- of lichtsignaal

Mag om dreigend gevaar af te wenden

Alarmlichten

Gebruiken als je:

Geel waarschuwingslicht

Rijden met licht

Lichten

Gekleurde autolampen

Mag alleen wit of geel stralen

Dimlicht

Dagrijlicht

Groot licht

Gebruik is verboden:

Verblind worden

Aandachtspunten in het donker

Verlichting tijdens stilstaan

Aquaplaning

Je rijdt op het water ipv op de weg

Voorkomen door:

Stoppen door:

  1. Gas los
  2. Rem niet
  3. Sturen in richting waar je heen wilt

Zijwind

Riciso op zijwind is het grootst:

Rijden in mist

Ontstaat als warme, vochtige lucht over een koud aardoppervlak stroomt

Risicos

Bij zeer dichte mist (zicht minder dan 50 meter):

3 seconden rijafstand

In mist 3 seconden afstand houden

Rechterrijstrook volgen

Bij nood kan je direct de vluchtstrook op

50 meter achterzijde

Bij meer dan 50 meter zicht zijn mistlampen achter verboden

200 meter voorzijde

Bij meer dan 200 meter zicht zijn mistlampen voor verboden

Rijden op besneeuwd of beijzeld wegdek

Sneeuwvrij

Auto sneeuwvrij maken. Het volgende moet zichtbaar zijn:

Winterbanden

Sneeuwkettingen

Onder alle omstandigheden verboden